Rioolheffing

Rioolheffing

De gemeente heeft zelf de vrijheid om te beslissen wie er rioolheffing moet betalen en hoeveel. In het verbrede Gemeentelijke Riolering Plan (vGRP) is dit als volgt vastgesteld:

• Een basisheffing voor gemeenschappelijk taakinvulling. Deze basisheffing wordt opgelegd aan alle bebouwde objecten in de gemeente. Deze basisheffing is vastgesteld op 33% van de totale rioolheffing.
• Een heffing voor aansluiting en gebruik van de gemeentelijke voorziening. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen eigenaren en gebruikers.
  • De heffing voor eigenaren is vastgesteld op eveneens 33% van de totale rioolheffing. De heffing is gelijk voor alle objecten.
  • Bij de heffing voor gebruikers kennen we de volgende categorieën:
    • eenpersoonshuishouden
    • meerpersoonshuishouden
    • bedrijven
• Er zijn verhoudingen vastgesteld voor de verschillende categorieën. De verhouding tussen eenpersoons- en meerpersoonshuishoudens is 70:100 (conform de verhouding afvalstoffenheffing).
• De verhouding tussen meerpersoonshuishoudens en bedrijven is 100:150.
• De totale heffing voor gebruikers over alle 3 categorieën is ook 33% van de totale opbrengst rioolheffing.
• In verband met rekenvoorschriften (deelbaarheid door twaalf en afronding van bedragen op € 0,05) kunnen beperkte afrondingsverschillen ontstaan op bovenstaande verhoudingsgetallen.

Naast bijna alle kosten voor riolering, worden ook kosten voor vanuit andere taakvelden meegenomen bij het bepalen van het tarief. Dit zijn bijvoorbeeld een deel van de kosten voor gebouwen, inkomensregelingen en overheadkosten. Het tarief is gebaseerd op het Gemeentelijk Riolering Plan Wettersoarch 2020-2025 en de kosten worden bijna volledig gedekt.

De uitgangspunten hebben geleid tot onderstaande tarieven. De verhoudingen tussen de verschillende categorieën zijn niet direct af te lezen uit de tarieven, omdat sommige kostenverhoudingen niet gelden voor een deel van het tarief.

Het tarief voor de rioolheffing in 2025 is gebaseerd op het Gemeentelijk Riolering Plan Wettersoarch 2020-2025. Wij kiezen voor een stabiele en gematigde jaarlijkse tariefontwikkeling. De kosten die gedekt moeten worden, stijgen meer dan het tarief.

Voor 2025 zien we de volgende ontwikkelingen met betrekking tot de kosten voor riool:

• Toename van de personeelskosten door de CAO ontwikkeling: € 92.000
• Extra kapitaalslasten door maatregelen die het rioolstelsel klimaatrobuust maken € 97.000
• Hogere onderhoudskosten ivm inflatie € 70.000
• Hogere voertuigkosten ivm hogere dieselprijs en nieuwe kolkenzuiger € 27.000
• Door hogere lasten ook hogere dekking van overhead: € 38.000
• overige ontwikkelingen € 21.000

Totaal aan nadelige ontwikkelingen: € 345.000

• Voordeel door wijziging van de rekenrente € 183.000

Per saldo zijn de te dekken kosten met € 162.000 toegenomen.

In 2024 is er een heffingskorting van € 176.000 toegepast. In totaal zou de heffing daarom € 338.000 moeten stijgen (15%) als alle kosten worden gedekt. Wij stellen voor om de stijging te beperken tot 5% en de rest van het geld uit een voorziening voor riolering te halen. Hiervoor wordt € 231.000 uit de voorziening gehaald .

Deze onttrekking is hoger dan het rioleringsrestant van 2023 van € 103.000 die aan de voorziening is toegevoegd. De stand voor de voorziening per 31-12-2023 is € 1.753.000. Daarmee ligt de stand van de voorziening nog ruim boven de prognose stand van 31-12-2023 vanuit het VGRP van € 1.567.000. Daarmee is de geplande onttrekking uit de voorziening verantwoord.

De kosten voor rioolheffing zijn de afgelopen twee jaar flink gestegen, maar dit is maar gedeeltelijk doorberekend in het tarief. In 2026 wordt er een nieuw Gemeentelijk Riolering Plan opgesteld, waarin alle ontwikkelingen worden meegenomen. Het is mogelijk dat er dan een hogere rioolheffing nodig is voor 2026 en de jaren daarna.

In onderstaande tabel wordt de kostendekkendheid van riolering weergegeven, zoals deze meerjarig is verwerkt in de begroting.