Algemene uitkering
Jaar 2022
De algemene uitkering uit het gemeentefonds inclusief integratie uitkering voor het Sociaal Domein voor 2022 bedraagt zowel op begroting- als rekeningbasis € 65,4 miljoen. Begroting en jaarrekening zijn gebaseerd op de septembercirculaire 2022 en de laatste specificatie van 2022 op basis van de decembercirculaire 2022.
Uitkering vorige dienstjaren (2020 en 2021)
In 2022 is er nog een aantal mutaties over de jaren 2020 en 2021 doorgevoerd. Voor de jaarrekening 2022 levert dit per saldo een nadelige ontwikkeling voor de jaarrekening op van € 22.000.
Het betreft de volgende mutaties m.b.t. de verschillende jaren:
Mutatie |
Bedrag |
V/N |
Jaar 2020 |
|
|
Actualisering maatstaf medicijngebruik |
5.000 |
V |
Actualiseren WOZ-waarden |
4.000 |
V |
Totaal 2020 |
9.000 |
V |
|
|
|
Jaar 2021 |
|
|
Actualisatie gegevens aantal huishoudens naar (oudere) leeftijdsgroep |
63.000 |
N |
Actualisering decentralisatie uitkering jeugdhulp AZC |
29.000 |
V |
Actualisering diverse maatstaven |
3.000 |
N |
Totaal 2021 |
31.000 |
N |
Verhoogde bijdrage aan WM8KTD op basis van jaarrekening 2022
Op basis van de jaarrekening 2022 van de WM8KTD wordt in totaal een hogere bijdrage gevraagd van € 227.000. Voor onze gemeente betekent dit een hogere bijdrage van € 92.000. De overschrijdingen zijn in de jaarrekening 2022 van de WM8KTD toegelicht.
In verband met de verplichte verdeling over taakvelden conform het BBV, zien we het nadeel van de WM8KTD als volgt terug binnen de verschillende programma's in de jaarrekening van de gemeente.
Programma |
Bedrag |
V/N |
0. Bestuur en ondersteuning (incl. Overhead) |
-1.716.000 |
N |
1. Veiligheid |
20.000 |
V |
2. Verkeer, vervoer en waterstaat |
- |
|
3. Economie |
112.000 |
V |
4. Onderwijs |
15.000 |
V |
5. Sport, cultuur en recreatie |
36.000 |
V |
6. Sociaal domein |
1.011.000 |
V |
7. Volksgezondheid en milieu |
120.000 |
V |
8. Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening |
310.000 |
V |
Totaal |
-92.000 |
N |
Ontwikkeling voorziening APPA
Op basis van de recente berekening van de actuariële waarde van de pensioenaanspraken van wethouders en voormalige wethouders is beoordeeld in hoeverre aanpassing nodig is van de voorziening APPA. Deze berekeningen worden gemaakt aan de hand van de wettelijke factoren voor individuele waardeoverdracht naar de situatie van eind 2022. Hierbij wordt uitgegaan van de uitgangspunten circulaire ‘aanpassingen pensioenen en inhoudingen APPA, van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Het vaststellen van de contante waarden als belangrijke basis voor de berekening wordt in hoge mate bepaald door de marktrente. Die was de laatste jaren laag, maar voor dit jaar hoger dan vorig jaar. Voor het bepalen van de wettelijke tarieven voor waardeoverdrachten en berekenen contante waarden van pensioenaanspraken wordt door De Nederlandsche Bank de rente genomen die geldt voor verplichtingen met een looptijd van 25 jaar voor toekomstige pensioenen en een looptijd van 10 jaar voor reeds ingegane pensioenen.
De rente voor toekomstige pensioenen met een looptijd van 25 jaar is vastgesteld op 2,472%. Dit houdt in dat er meer rente-inkomsten worden voorzien en er om die reden fors minder kapitaal moet worden aangehouden/gereserveerd voor de ingegane en toekomstige pensioenen. Een dergelijke ontwikkeling is voor ons niet beïnvloedbaar. Voor onze gemeente betekent dat wij de voorziening APPA kunnen verlagen met € 451.000. Voor de jaarrekening een voordelige ontwikkeling.
Kosten bestuur en commissies
Binnen de kosten voor bestuur en commissies (exclusief salarissen) is een voordeel behaald van € 173.000 ten opzichte van de begroting. De voornaamste oorzaak betreft een lagere bijdrage aan de Pensioenvoorziening APPA van € 164.000.
Regionale samenwerking
In 2022 is er € 23.000 meer uitgegeven dan de begrote € 143.000. Deze stijging is te verklaren door de stijging van de contributie van VNG en de bijdrage aan GGU- fonds. Er is in de begroting wel rekening gehouden met indexering, echter viel de stijging van de contributie en bijdrage hoger uit.
Ontwikkeling reserves c.a.
Binnen programma 0 worden de mutaties op de reserves verantwoord. Voor de geplande onttrekkingen uit reserves, die niet in 2022 hebben plaatsgevonden, wordt bij de besluitvorming van de jaarrekening aan de raad gevraagd om deze door te schuiven naar 2023. Dit noemen we temporiseren. Hierdoor vallen de benodigde middelen niet vrij en kunnen ze in een volgend jaar worden ingezet. Op het taakveld reserves binnen programma 0 is per saldo sprake van een 3.016.000 (AJ). Tegenover dit nadeel ontstaat op de diverse programma's een voordeel, omdat de geplande uitgaven niet of deels niet zijn gemaakt. Binnen deze programma's vindt u de inhoudelijke toelichting.